Nationale Grondbank

De nationale doelen voor gezonde natuur, schoon water en schone lucht staan beschreven in het Nationaal Programma Landelijk Gebied. Dit vraagt een transitie van het landelijk gebied en als onderdeel daarvan een transitie van de landbouw. De provincies hebben de regie over de uitvoering en zijn verantwoordelijk voor het behalen van die doelen.  Grond speelt een belangrijke rol om de gewenste transities mogelijk te maken. Denk hierbij aan de beschikbaarheid van grond en de mogelijkheid om grond te gebruiken en uit te wisselen. 

Wat doet de Nationale Grondbank?

De Nationale Grondbank draagt bij aan de transitie door, met het Rijksvastgoedbedrijf als uitvoerder, landbouwgrond (cultuurgrond) te kopen, in tijdelijk beheer uit te geven en weer te verkopen. Soms zal de Nationale Grondbank een hele bedrijfslocatie verwerven; het gaat dan om het erf met de opstallen en de cultuurgrond. De Nationale Grondbank is er niet voor het beëindigen van een landbouwbedrijf en verwerft daarom géén productierechten van veehouders. 

Lees meer over de werkwijze van de Nationale Grondbank in de Leidraad Nationale Grondbank.  

Op hoofdlijnen kan de Nationale Grondbank langs twee routes in beeld komen om vrijwillig aangeboden agrarische gronden of bedrijfslocaties aan te kopen. In de Leidraad noemen wij deze de ‘provincie-route’ en de ‘grondmodule’

De ‘provincie-route’

De ‘provincie-route’ is ervoor aankopen die van belang zijn voor de transitie van het landelijk gebied. Als een agrarisch ondernemer (het hoeft geen veehouder te zijn, maar wel een eigenaar) zijn cultuurgronden of bedrijfslocatie wil verkopen, kan de ondernemer zich melden bij de provincie waarin de gronden of bedrijfslocatie liggen. De provincie bepaalt of de gronden of bedrijfslocatie een rol kunnen spelen om de doelen voor natuur, water, klimaat of duurzame landbouw te halen.  

Wanneer dit het geval is, besluit de provincie of zij zelf wil kopen (en betalen) of dat zij hiervoor de Nationale Grondbank vraagt. Wil de provincie dat de Nationale Grondbank het aankoopproces start? Dan dient de provincie hiervoor een aankoopverzoek in. De provincie en de rijksoverheid bepalen daarbij, op aangeven van de provincie, wie de gesprekken zal voeren. Het kan zijn dat de provincie de aankoopgesprekken voert en, na een positief verlopen aankooptraject, de Nationale Grondbank aankoopt. 

De ‘grondmodule’, voor deelnemers aan een beëindigingsregeling

De ‘grondmodule’ is ondersteunend aan de landelijke regelingen voor beëindiging van veehouderijlocaties, de ‘beëindigingsregelingen’. Als een veehouder aan een beëindigingsregeling meedoet, blijft de cultuurgrond van de veehouder. De veehouder bepaalt zelf of hij de gronden wil verkopen of dat hij de gronden voor iets anders gaat gebruiken.  

Veehouders die meedoen aan een beëindigingsregeling en willen laten weten dat zij hun gronden mogelijk aan de Nationale Grondbank willen verkopen, kunnen het contactformulier invullen op de website van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO)  

Nadat de veehouder het contactformulier heeft verstuurd, neemt de overheid contact op. Als de veehouder ervoor kiest om zijn grond aan de overheid te verkopen, dan kan daartoe een aanvraag worden ingediend. Download hiervoor het aanvraagformulier ‘Grondverkoop via de Nationale Grondbank’ op de website van RVO. Hierop kan de veehouder de kadastrale gegevens invullen van de desbetreffende gronden. Vervolgens beginnen de gesprekken tussen de veehouder en de overheid.  

De provincie en de rijksoverheid bepalen samen, op aangeven van de provincie, wie die gesprekken voert en hoe de financiering wordt geregeld. Het kan zijn dat de provincie de gesprekken voert en de gronden koopt als een veehouder gronden te koop aanbiedt aan de Nationale Grondbank. De veehouder is niet verplicht om zijn grond aan de overheid te verkopen, ook niet als de gesprekken al lopen. Verkoop is op basis van vrijwilligheid.  

Voor beide routes geldt het volgende: 

De Nationale Grondbank koopt aan op vrijwillige basis en tegen een marktconforme prijs. Na aankoop geeft de Nationale Grondbank de gronden (en in voorkomende gevallen de bedrijfslocatie) in tijdelijk beheer, totdat duidelijk is, op basis van een provinciaal gebiedsplan, bijvoorbeeld als resultaat van het gebiedsproces, wat ermee gaat gebeuren. De overheid streeft ernaar om zo snel mogelijk weer aan een andere partij over te dragen. De snelheid hangt af van de voortgang van de veranderingen in het betreffende gebied. 

De rol van de Nationale Grondbank

De Nationale Grondbank beïnvloedt niet wat er met de aangekochte grond of bedrijfslocatie mag gebeuren. Ook legt de Nationale Grondbank geen eigen voorwaarden op voor het uiteindelijke gebruik; dit wordt bepaald door de betreffende provincie (of gemeente) via een ruimtelijk spoor waarin de bestemming wordt bepaald, of via voorwaarden die aan gebruik worden gesteld. Dit maakt allemaal deel uit van de bredere processen in de gebieden. De grond kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor extensivering van een ander landbouwbedrijf, voor omzetting naar natuur of bos of voor verbetering van de waterkwaliteit. Om de doelen van het Nationaal Programma Landelijk Gebied te realiseren kan door de Nationale Grondbank aangekochte grond of bedrijfslocatie ook onderdeel zijn van een ruiling. 

Heeft u na het lezen van bovenstaande informatie nog vragen? Staat uw vraag niet bij de vragen en antwoorden over de Nationale Grondbank? Wilt u weten bij wie u moet zijn als u wilt verkopen via de provincie-route? Dan kunt u uw vraag via dit mailadres: info.nationalegrondbank@minlnv.nl  stellen. Uw vraag wordt dan zo snel mogelijk beantwoord. 

Vragen en antwoorden over de Nationale Grondbank